eindejaarsgeschenk
- ein·de·jaars·ge·schenk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eindejaarsgeschenk | eindejaarsgeschenken |
verkleinwoord | eindejaarsgeschenkje | eindejaarsgeschenkjes |
het eindejaarsgeschenk o
- cadeau dat men vlak voor de jaarwisseling geeft of ontvangt
- ▸ Wat Roest opvalt is dat sinds de aankondiging van de laatste lockdown werkgevers die een kerstborrel gepland hadden, toch opeens nog een eindejaarsgeschenk zoeken. "Dat kan een pakket zijn of dat werknemers online zelf iets mogen kiezen."[1]
- ▸ De barre tijden vertalen zich in een bescheiden eindejaarsgeschenk: een doosje Merci-chocolaatjes en twee 1e klas dagretours voor de daluren. De kaartjes zijn bedoeld om weg te geven, want NS’ers reizen privé gratis. Een deel van de NS’ers vindt het een mooie kerstgedachte.[2]
- Het woord eindejaarsgeschenk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Jeroen Schutijser“'Bizar druk': kerstpakket extra populair door corona” (Vrijdag 10 december 2021, 06:00), NOS
- ↑ Weblink bron Ton Voermans“NS’ers sturen kerstcadeau terug: ‘Totale belediging’” (25-12-2020), Tubantia