Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ei·lan·den·rijk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eilandenrijk eilandenrijken
verkleinwoord eilandenrijkje eilandenrijkjes

Zelfstandig naamwoord

het eilandenrijko

  1. natie die bestaat uit verschillende eilanden
     In de Filipijnen zijn opnieuw slachtoffers gevallen door overstromingen en aardverschuivingen. In het zuidoosten van het eilandenrijk vielen zeker dertien doden, zeven mensen worden vermist.[2]
     Soljzenitsyn schreef in zijn Goelag Archipel over een geografisch eilandenrijk van werkkampen in de moerassen van Siberië. Die beschrijving was metaforisch bedoeld; de archipel als eilanden van werkkampen omringd door de zee van de samenleving.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Doden bij overstromingen Filipijnen” (Maandag 13 januari 2014, 12:27), NOS
  3.   Weblink bron “'Goelag' verplichte kost in Rusland” (Dinsdag 26 oktober 2010, 19:48), NOS