eerwaard
- eer·waard
- samenstelling van eer zn en waard bn
stellend | |
---|---|
onverbogen | eerwaard |
verbogen | eerwaarde |
partitief | eerwaards |
eerwaard
- een aanspreekvorm vooral gebruikt voor de lagere geestelijkheid, zoals paters, zusters etc
- Op zaterdag 8 oktober 2011 nam de parochie Schurhoven officieel afscheid van eerwaarde heer Maurits Bamps als pastoor.
- Het woord eerwaard staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "eerwaard" herkend door:
63 % | van de Nederlanders; |
49 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be