eenhonderdvijftien

       
0 1 1 5
eenhonderdvijftien,
op een abacus
  • een·hon·derd·vijf·tien

eenhonderdvijftien

  1. "115", langere vorm van honderdvijftien, honderd plus vijftien (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De inzameling heeft eenhonderdvijftien euro en vijftig cent opgebracht. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdvijftien. 

rangtelwoord

hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdvijftien" ht als linkerdeel