eenhonderdeenennegentig
Nederlands
0 | 1 | 9 | 1 |
eenhonderdeenennegentig,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: eenhonderdeenennegentig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌenhɔndərtˈenəˌneɣə(n)təx / (8 lettergrepen)
Woordafbreking
- een·hon·derd·een·en·ne·gen·tig
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van eenhonderd ht en eenennegentig ht
Hoofdtelwoord
eenhonderdeenennegentig
- "191", langere vorm van honderdeenennegentig, honderd plus eenennegentig (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft eenhonderdeenennegentig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdeenennegentig.
- om een hoeveelheid aan te geven
Synoniemen
- honderdeenennegentig (deze kortere vorm is de gangbare vorm)
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdeenennegentig" ht als linkerdeel
Gangbaarheid
- Het woord 'eenhonderdeenennegentig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.