Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ecar·teur
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ecarteur ecarteurs
verkleinwoord ecarteurtje ecarteurtjes

Zelfstandig naamwoord

de ecarteurm

  1. (medisch) wondhaak (een ding om een wond open te houden zodat men erbij kan)
  2. stelblokje : Profiel geplaatst tussen de ruiten van de dubbele beglazing om de ruiten van elkaar te houden
Verwante begrippen

Gangbaarheid