• dy·risk
  • Afgeleid van het Noorse naamwoord dyr met het achtervoegsel -isk
Naar frequentie 22931
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud dyrisk mer dyrisk mest dyrisk
o enkelvoud dyrisk
meervoud dyriske
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
dyriske mer dyrisk mest dyriske

dyrisk

  1. dierlijk
  2. (figuurlijk) bruut, primitief
  • Dyrisk godt!
Dierlijk goed!


  • dy·risk
  • Afgeleid van het Nynorske naamwoord dyr met het achtervoegsel -isk
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud dyrisk meir dyrisk mest dyrisk
o enkelvoud dyrisk
meervoud dyriske
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
dyriske meir dyrisk mest dyriske

dyrisk

  1. dierlijk
  2. (figuurlijk) bruut, primitief