• draai·uren
enkelvoud meervoud
naamwoord - draaiuren
verkleinwoord -

de draaiurenmv

  1. (bedrijfskunde) tijdsduur waarin de productie doorgaat
     Zo’n centrale moet jaarlijks 8.000 draaiuren maken om de hoge vaste kosten terug te verdienen.[1]
  2. (filmkunst) tijdsduur besteed aan het opnemen van beelden voor en film of video
     Vers van school wist ik van toeten noch blazen; ik wist alleen dat ik een beetje kon spelen. En dat ik goed wilde leren filmacteren. Ervaring opdoen, draaiuren maken, alle finesses leren beheersen, dat was vaak een reden om ‘ja’ te zeggen tegen een rol.[2]
  1.   Weblink bron
    Erik van der Walle
    “Wie aan de eisen voldoet, mag best een kerncentrale bouwen” (27 september 20) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron
    Daan Schuurmans geciteerd door Herien Wensink
    “'Bracha lag maanden met prins Bernhard in bed'” (22 januari 2011) op nrc.nl