Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • doxo·lo·gie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord doxologie doxologieën
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de doxologiev

  1. (muziek) (religie) lofprijzing aan het eind van psalmen, gebeden enz
  2. studie van iemands roem bij het nageslacht

Gangbaarheid

28 % van de Nederlanders;
45 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be