doorvoerhandelaar

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • door·voer·han·de·laar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord doorvoerhandelaar doorvoerhandelaren
doorvoerhandelaars
verkleinwoord doorvoerhandelaartje doorvoerhandelaartjes

Zelfstandig naamwoord

de doorvoerhandelaarm

  1. (beroep) iemand die goederen inkoopt en elders weer verkoopt zonder het goed te bewerken
    • In de Rotterdamse haven zijn veel doovoerhandelaren actief. 

Gangbaarheid