Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • door·ge·bracht
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: doorbrengen…
verbogen vorm: doorgebrachte

doorgebracht

  1. voltooid deelwoord van doorbrengen
     Ze had haar kindertijd tenslotte in Dresden doorgebracht.[1]
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen doorgebracht
verbogen doorgebrachte

Bijvoeglijk naamwoord

doorgebracht

  1. ergens verbleven hebben
    • De in het Hilton hotel doorgebrachte nacht zullen wel niet snel vergeten. 
    • De in Turkije doorgebrachte vakantie was prachtig maar wel heel warm. 


Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044625691