doofden uit
- Geluid: doofden uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdovdə(n) ˈœyt / (3 lettergrepen)
- doof·den uit
vervoeging van |
---|
uitdoven |
doofden (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitdoven
- Wij doofden uit.
- Jullie doofden uit.
- Zij doofden uit.
- Wij doofden uit.
- Het woord doofden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.