doelloosheid
- doel·loos·heid
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | doelloosheid | doelloosheden |
verkleinwoord |
de doelloosheid v
- het doelloos zijn
- De doelloosheid van de oorlog was helaas niet voor iedereen duidelijk.
- Het woord doelloosheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.