doe-het-zelfzaak
- doe-het-zelf·zaak
- (samenkoppeling) van doe het zelf samengesteld met zaak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | doe-het-zelfzaak | doe-het-zelfzaken |
verkleinwoord | - | - |
- winkel waar de doe-het-zelver zijn materialen en gereedschappen kan kopen
- Het woord doe-het-zelfzaak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.