directieassistente
- di·rec·tie·as·sis·ten·te
- samenstelling van directie zn en assistente zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | directieassistente | directieassistentes |
verkleinwoord |
de directieassistente v
- (beroep) vrouw die de directie (administrafief) ondersteunt
- ▸ De vrouw werkte als directieassistente bij de ambtenarenvakbond ACOD en had toegang tot elektronische handtekeningen om betalingen te verrichten. Mogelijk gebruikte ze die autorisatie om bedragen naar zichzelf over te boeken. In totaal zou ze in vijf jaar tijd meer dan 400.000 euro hebben buitgemaakt, melden Belgische media.[1]
- Het woord directieassistente staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “'Secretaresse licht Belgische vakbond op voor tonnen'” (Vrijdag 22 maart 2019, 08:50), NOS