Frans

Uitspraak

Voorzetsel

dessus

  1. op
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  dessus     le dessus     dessus     les dessus  

Zelfstandig naamwoord

dessus m

  1. bovenkant
  2. (textiel), (huishouden) kleedje (dat op iets ligt)
  3. (bouwkunde) zoldering (v.e. theater)
  4. (muziek) discant
  5. (figuurlijk) overmacht, overwicht