Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • da·mes·on·der·goed
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord damesondergoed
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het damesondergoedo

  1. vrouwenkleding die direct op het lichaam wordt gedragen; vrouwenkleding die onder andere kleding wordt gedragen
     Spijk en Thom verkopen en doneren nu alleen nog boxershorts. In de toekomst willen ze ook ondergoed uitdelen aan meisjes, maar damesondergoed is moeilijker te maken en dat laat dus iets langer op zich wachten.[1]
     Aanvankelijk pleegde hij inbraken om damesondergoed te stelen, later verkrachtte hij vrouwen en vorig jaar vermoordde hij er twee. Het OM zegt dat hij foto's maakte van zichzelf in ondergoed van de vrouwen.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Spijk (20) wil met zijn onderbroek de wereld verbeteren” (Zondag 31 maart 2019, 09:56), NOS
  2.   Weblink bron “Canadese luchtmachtofficier bekent lustmoorden” (Dinsdag 19 oktober 2010, 01:33), NOS