Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dé·char·ge
Woordherkomst en -opbouw
  • afkomstig van het Frans [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord décharge décharges
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de déchargev / m

  1. het ontlasten van een persoon van een bepaalde verantwoordelijkheid, zijnde een takenpakket, functie, ambt of verplichtingen.
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen