• con·tac·te·ren
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
contacteren
contacteerde
gecontacteerd
zwak -d volledig

contacteren

  1. overgankelijk contact opnemen met
    • Hij contacteerde de politie vanwege de schietpartij. 
93 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]