constructiemateriaal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- con·struc·tie·ma·te·ri·aal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van constructie en materiaal
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | constructiemateriaal | constructiematerialen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het constructiemateriaal o
- materiaal voor een constructie b.v. bouwmateriaal
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord constructiemateriaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.