concertorganisator

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·cert·or·ga·ni·sa·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord concertorganisator concertorganisators
concertorganisatoren
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de concertorganisatorm

  1. persoon of firma die een concert organiseert
     "We zijn geschokt door het overlijden van Chester Bennington", zegt concertorganisator Live Nation. "De Noord-Amerikaanse One More Light Tour van Linkin Park is afgelast. Onze gedachten gaan uit naar alle betrokkenen."[1]
     Een optreden in Turkije is eerder afgelast omdat de concertorganisator zich ongemakkelijk voelde bij de naam, vertelt het bandlid. "Maar wat is het alternatief? We hebben de naam nu zo lang, ik denk niet dat we het nog kunnen veranderen. Dat zou niet werken."[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Linkin Park schrapt tournee na dood Chester Bennington” (Zaterdag 22 juli 2017, 08:31), NOS
  2.   Weblink bron “Allah-Las: zomerse psychpopliedjes uit Californië” (Woensdag 23 augustus 2017, 20:45), NOS