Nederlands

 
[2] conceptstore
Uitspraak
Woordafbreking
  • con·cept·store
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord conceptstore conceptstores
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de conceptstorem

  1. een winkel waar nieuwe ideeën worden uitgeprobeerd
     De Amerikaanse koffieketen Starbucks opent vandaag in Amsterdam zijn grootste vestiging van Europa. Het gaat om een zogenoemde conceptstore, waar nieuwe ideeën uitgeprobeerd zullen worden voordat ze wereldwijd worden geïntroduceerd.[2]
  2. winkel waar je nieuwe ervaringen kunt beleven
     Lab26 in Hengelo is een conceptstore. Een trendy interieurzaak annex Italiaans restaurant slash 'aperitivo club'. Een intrigerende formule.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. conceptstore op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron “Grootste Starbucks in Amsterdam” (09-03-2012), NOS
  3.   Weblink bron
    Patricia Penrhyn Lowe
    “Lab26 in Hengelo: veel meer dan pizza” (12-12-2019), Tubantia