Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • com·pu·ter·park
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord computerpark computerparken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het computerparko

  1. groep computers die op een plaats staan opgesteld
     De Telegraaf Media Groep (TMG) verhuurt zo'n 300 ongebruikte servers van Hyves. Doordat de site niet meer zo populair is als vroeger, is een deel van het computerpark overbodig geworden.[2]
     De 80 meter hoge kantoorkolos uit 1969, waar in de hoogtijdagen een miljoen overschrijvingskaarten per dag werden verwerkt, staat er anno 2018 mistroostig bij aan de Velperweg in Arnhem. Verdwenen zijn al lang de vrouwen die bedragen en rekeningnummers over tikten om ponsgaatjes in de kaarten te drukken waarmee machines ze konden ‘uitlezen’. Weg is het computerpark dat in een polygoonjournaal uit 1976 nog tot het modernste ter wereld werd bestempeld. En dat met machines zo groot als kledingkasten.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. computerpark op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron “'Ongebruikte servers Hyves te huur'” (Maandag 24 december 2012, 07:59), NOS
  3.   Weblink bron
    Raymond Boere
    “Minder kantoren omgebouwd tot woning” (09-11-2018), Tubantia