Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • com·mu·ni·ca·tie·doel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord communicatiedoel communicatiedoelen
verkleinwoord communicatiedoeltje communicatiedoeltjes

Zelfstandig naamwoord

het communicatiedoelo

  1. wat je met informatieoverdracht wilt bereiken
    • De manier waarop je praat moet niet alleen aansluiten bij de doelgroep maar moet ook aansluiten bij het communicatiedoel. 

Gangbaarheid