commentatrice
- com·men·ta·tri·ce
- Naamwoord van handeling van commenteren (met het voorvoegsel com-) met het achtervoegsel -atrice
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | commentatrice | commentatrices |
verkleinwoord | commentatricetje | commentatricetjes |
de commentatrice v
- (beroep) vrouwelijke vorm van commentator
- Franziska van Almsick (28) torst sinds haar afscheid, nu twee jaar geleden, wat extra kilo’s met zich mee. Maar het voormalige wonderkind uit Oost-Berlijn, tegenwoordig actief als tv-commentatrice, is nog altijd een fenomeen in haar vaderland Duitsland.[1]
- Het woord commentatrice staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ NRC Mark Hoogstad 4 augustus 2006
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
commentatrice | la commentatrice | commentatrices | les commentatrices |
commentatrice v
- commentatrice, vrouwelijke vorm van commentateur