chromatofoor
- chro·ma·to·foor
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chromatofoor | chromatoforen |
verkleinwoord | chromatofoortje | chromatofoortjes |
de chromatofoor v
- (biologie) kleurstofdragende cel in het weefsel van planten en dieren
- Het woord 'chromatofoor' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.