cheviot
- che·vi·ot
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘wollen stof’ voor het eerst aangetroffen in 1896 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cheviot | - |
verkleinwoord | - | - |
- fijne Engelse wollen stof genoemd naar de wol van de cheviotschapen uit de Cheviot Hills, die de grens vormen tussen Northumberland en Schotland
- Het woord cheviot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "cheviot" herkend door:
17 % | van de Nederlanders; |
16 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "cheviot" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ cheviot op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be