chesed
- che·sed
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chesed | chasadiem |
verkleinwoord |
- (Jiddisch-Hebreeuws) trouw, belangeloze dienst vanuit verbondenheid, genegenheid, gunst
- Het woord 'chesed' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.