checkten uit
- Geluid: checkten uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈtʃɛktə(n) ˈœyt / (3 lettergrepen)
- check·ten uit
vervoeging van |
---|
uitchecken |
checkten (…) uit
- meervoud verleden tijd van uitchecken
- Wij checkten uit.
- Jullie checkten uit.
- Zij checkten uit.
- Wij checkten uit.
- Het woord checkten uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.