campingwinkel
- cam·ping·win·kel
- samenstelling van camping en winkel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | campingwinkel | campingwinkels |
verkleinwoord | campingwinkeltje | campingwinkeltjes |
de campingwinkel m
- een winkel op een kampeerterrein
- In een campingwinkel verkoopt men meestal de basisbehoeften van de kampeerders zoals eten, drinken en de krant.
- Het woord campingwinkel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.