Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bus·maat·schap·pij
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord busmaatschappij busmaatschappijen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de busmaatschappijv

  1. onderneming die vervoer met autobussen verzorgt
     Volgens de busmaatschappij is het niet verantwoord om de kinderen naar de bushalte te laten lopen met de harde wind. "Dat risico willen we niet nemen."[1]
     De marketingdirecteur van busmaatschappij Marta heeft sorry gezegd voor het verpesten van het shot, maar zei tegelijkertijd: "Als dit het enige is dat er is gebeurd, gelet op de potentiële gevaren van het opblazen van dit soort gebouwen, dan zijn we daar heel blij mee." Bovendien kon ze het niet laten nog even wat zout in de wonden te strooien:[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Orkaan Ophelia sterker op weg naar Ierland” (Zaterdag 14 oktober 2017, 20:59), NOS
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Video: bus verpest perfecte plaatje tijdens opblazen stadion” (Dinsdag 21 november 2017, 08:52), NOS