bručet

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /brʊtʃɛt/

Woordafbreking

• bru·čet

Werkwoord

bručet imperfectief  

1. grommen, brommen; een laag donker geluid voortbrengen
2. (spreektaal) brommen; in de gevangenis zitten

Vervoeging

		enkelvoud	meervoud
eerste persoon		bručím	bručíme
tweede persoon	informeel	bručíš	bručíte
	formeel	bručíte
derde persoon		bručí	bručí

Schrijfwijzen

• Oude schrijfwijze: bručeti imperfectief

Synoniemen

2. sedět imperfectief, být v teplákách

Afgeleide begrippen

• bručení o
• bručivý
• zabručet

Verwante begrippen

• bručák m
• bručivě (bw.)
• bručoun m

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)