broodsuiker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: broodsuiker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- brood·sui·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van brood en suiker [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | broodsuiker | broodsuikers |
verkleinwoord | broodsuikertje | broodsuikertjes |
Zelfstandig naamwoord
de broodsuiker m
- witte suiker van suikerbroden
Gangbaarheid
- Het woord broodsuiker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.