bromkoe
- brom·koe
- samenstelling van brom ww en koe
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bromkoe | bromkoeien |
verkleinwoord | bromkoetje | bromkoetjes |
de bromkoe v
- koe die steeds tochtig is
- Het woord 'bromkoe' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.