• breuk·vlak
enkelvoud meervoud
naamwoord breukvlak breukvlakken
verkleinwoord breukvlakje breukvlakjes

het breukvlako

  1. (geologie) vlak waarlangs iets gebroken is of zou kunnen breken
  2. oppervlak van de breuk
99 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[2]