brandspiegel
- brand·spie·gel
- samenstelling van brand zn en spiegel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | brandspiegel | brandspiegels |
verkleinwoord | - | - |
- (optica) gepolijste holle spiegel die de daarop vallende zonnestralen in een brandpunt verenigt om daar een hoge temperatuur te veroorzaken
- Het woord brandspiegel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.