bovendaan
- bo·ven·daan
- Als tegenovergestelde van onderdaan bedacht[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bovendaan | bovendanen |
verkleinwoord | bovendaantje | bovendaantjes |
de bovendaan m
- de vorst van een koninkrijk
- Het woord 'bovendaan' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.