Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bouw·be·leid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bouwbeleid
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het bouwbeleido

  1. plan van aanpak betreffende het bouwen
     Advies over bouwbeleid: betere inspraak, minder landbouw, eigen minister[1]
Hyponiemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Advies over bouwbeleid: betere inspraak, minder landbouw, eigen minister” (Donderdag 8 april 2021, 09:01), NOS