boussole
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bous·so·le
Woordherkomst en -opbouw
uit het Frans [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boussole | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de boussole v
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'boussole' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "boussole" herkend door:
17 % | van de Nederlanders; |
21 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ boussole op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be