bonden vast
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bonden vast (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbɔndə(n) ˈvɑst / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- bon·den vast
Woordherkomst en -opbouw
- uit bonden (werkwoord) en vast (bijvoeglijk naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vastbinden |
bonden (…) vast
- meervoud verleden tijd van vastbinden
- Wij bonden vast.
- Jullie bonden vast.
- Zij bonden vast.
- Wij bonden vast.
Gangbaarheid
- Het woord bonden vast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.