Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bol·len·kwe·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bollenkweker bollenkwekers
verkleinwoord bollenkwekertje bollenkwekertjes

Zelfstandig naamwoord

de bollenkwekerm

  1. (beroep), (landbouw) iemand die zich bezighoudt met het kweken van tulpen, narcissen of andere bolgewassen
    • De streek rond Lisse en Hillegom staat bekend om zijn bollenkwekers. 

Gangbaarheid