bolknak
- bol·knak
- In de betekenis van ‘sigaar’ voor het eerst aangetroffen in 1940 [1]
- samenstelling van bol en knak [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bolknak | bolknakken bolknaks |
verkleinwoord | bolknakje | bolknakjes |
de bolknak m
- sigaar die bij de kop dikker is dan aan het andere eind
- Het woord bolknak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bolknak" herkend door:
61 % | van de Nederlanders; |
12 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "bolknak" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ bolknak op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be