boerenworst
- Geluid: boerenworst (hulp, bestand)
- boe·ren·worst
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boerenworst | boerenworsten |
verkleinwoord |
- (voeding) grove (huisgemaakte) worst
- ▸ Sofie Dumont kookt vanaf nu met een bekende vriend. Deze keer maakt ze met Pascal Braeckman zijn favoriete gerecht op grootmoeders wijze: boerenworst en rode kool.[3]
- Het woord boerenworst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ boerenworst op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Rode kool met worst” (04/03/2014), De Standaard