blueszanger

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  blueszanger    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• blues·zan·ger

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  blues zn  en  zanger zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	blueszanger	blueszangers
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de blueszanger m

1. (muziek) (beroep) zanger van de blues

Afgeleide begrippen

• blueszangeres

Gangbaarheid

• Het woord blueszanger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.