bloemdier
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bloem·dier
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bloem en dier
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bloemdier | bloemdieren |
verkleinwoord | bloemdiertje | bloemdiertjes |
Zelfstandig naamwoord
het bloemdier o
- (neteldieren) benaming voor zeedieren uit de klasse Anthozoa , die op een bloeiende plant lijken
Hyperoniemen
Verwante begrippen
- zie de categorie Neteldieren in het Nederlands
nog toe te voegen neteldieren:
- blauwe haarkwal
- bloemkoolkwal
- brakwaterpoliep
- gedraaide zeedraad
- geknoopte zeedraad
- gele haarkwal
- gewone zoetwaterpoliep
- grijze zoetwaterpoliep
- hydroïdpoliep
- Japanse kruiskwal
- kleine klokpoliep
- klepelklokje
- kubuskwal
- lange zeedraad
- mangrovekwal
- oorkwal
- pennenschacht
- plompe zoetwaterpoliep
- Portugees oorlogsschip
- parelkwal
- spiegeleikwal
- tandhoornkoraal
- zeecypres
- zoetwaterkwal
- zoetwaterpoliep +
Gangbaarheid
- Het woord 'bloemdier' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.