Het cv van Gigaba wekt wantrouwen. Hij maakte een bliksemcarrière, eerst als voorzitter van de invloedrijke en radicaal linkse ANC-Jeugdliga, daarna als minister. Zuma gaf hem in 2009 een sleutelpost: minister van Openbare Ondernemingen, het ministerie dat beslist over de contracten voor staatsbedrijven. De post was eerst aan ANC-parlementslid Vytjie Mentor beloofd, die later onthulde hoe ze naar de villa van de Gupta’s in Johannesburg was ontboden. Daar vroegen zij haar druk uit te oefenen op South African Airways om de route naar Mumbay te staken, ten voordele van de Indiase vliegmaatschappij Jet Airways, waar De Gupta’s een belang in hebben. Mentor bedankte voor de baan. Gigaba zei ja.[1]
De rest werd een bliksemcarrière. Op zijn 23ste stond hij naast Usain Bolt in de finale van de 4×100 meter op de Olympische Spelen. Een natuurtalent - maar niet in alles, want Bolt kreeg zijn stokje wel en Van Luijk niet. Zoals de Nederlander zelf zei: een hoogtepunt en een dieptepunt ineen. In Londen werden ze zesde, Rio moet bewijzen dat driemaal gewoon scheepsrecht is.[2]