blålys

Bålys.
Zwaailicht.

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˡbloːlyːs/

Woordafbreking

• blå·lys

Woordherkomst en -opbouw

• Samenstelling van blå en lys.

Zelfstandig naamwoord

blålys o

1. zwaailicht

Verbuiging

o	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	blålys	blålyset	blålys	blålysa blålysene
genitief	blålys'	blålysets	blålys'	blålysas blålysenes

Hyperoniemen

• alarmlys

Nynorsk

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˡbloːlyːs/

Woordafbreking

• blå·lys

Woordherkomst en -opbouw

• Samenstelling van blå en lys.

Zelfstandig naamwoord

blålys o

1. zwaailicht
2. blauw licht dat de dood voorspelt

Verbuiging

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	blålys	blålyset	blålys	blålysa bijvorm: blålysi

Schrijfwijzen

• [1-2]: blåljos

Synoniemen

• [2]: draugljos
• [2]: drauglys