beziggehouden
- be·zig·ge·hou·den
- vervoeging van bezighouden: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van bezig bw en gehouden ww
vervoeging van: | bezighouden… |
verbogen vorm: | beziggehoudene |
beziggehouden
- voltooid deelwoord van bezighouden
- ▸ De rest van de ochtend en bijna de hele middag had ze zich met dit soort doemscenario's beziggehouden.[1]
- Het woord beziggehouden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.