bevolkingstoename

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·vol·kings·toe·na·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bevolkingstoename bevolkingstoenames
bevolkingstoenamen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bevolkingstoenamev / m

  1. groei van het aantal mensen dat ergens leeft
     Volgens Afrika-correspondent Koert Lindijer zal de migrantenstroom naar Europa niet snel stoppen. Het grootste probleem is volgens Lindijer de enorme bevolkingstoename in Afrika. "Er komt een leger van miljoenen jonge werkzoekenden aangemarcheerd. Dat is de uitdaging voor de toekomst. Alle migranten op weg naar Europa die ik de afgelopen jaren sprak zijn beneden de 25 jaar."[2]
     De bevolkingstoename komt vooral voor rekening van Afrika, waar vrouwen gemiddeld vijf kinderen krijgen. De groei van de wereldbevolking neemt wel af, want pas over veertien jaar wordt volgens INED het volgende miljard bereikt. Nu heeft dat twaalf jaar geduurd.[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Nigerianen in Italië eindigen in de marge van de economie” (Dinsdag 31 mei 2016, 19:09), NOS
  3.   Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Bijna zeven miljard aardbewoners” (Donderdag 18 augustus 2011, 07:22), NOS