bevolkingsprognose

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·vol·kings·prog·no·se
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bevolkingsprognose bevolkingsprognoses
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bevolkingsprognosev

  1. voorspelling hoeveel en wat voor mensen er in de toekomst in een land zullen wonen.
    • Het CBS maakt bevolkingsprognoses die redelijk betrouwbaar zijn. 

Gangbaarheid

Meer informatie